De puzzelstukjes voor een vredesakkoord in Oekraïne liggen op tafel, waarom grijpen we die kans niet?
De Morgen 11 januari 2024 - Tom Sauer (Universiteit Antwerpen) en Jolle Demmers (Universiteit Utrecht)
De oorlog in Oekraïne gaat binnenkort haar derde jaargang in. Het optimisme aan Oekraïense en Westerse zijde heeft plaats gemaakt voor twijfel. Als zelfs de Oekraïense stafchef van het leger toegeeft dat er een patstelling is, dan wordt het voor Zelensky moeilijk om het tegenovergestelde te beweren. Zo’n impasse op het terrein biedt de mogelijkheid om het over een andere boeg te gooien en eindelijk rond de tafel te gaan zitten.
De puzzelstukjes voor een vredesakkoord voor deze oorlog liggen nu al op tafel: Oekraïne kan een soevereine staat blijven, zij het wat kleiner; het kan een volwaardige democratie worden, wat het nooit geweest is; Oekraïne komt terecht in de Westerse invloedssfeer met op lange termijn mogelijk EU lidmaatschap; het kan zich bewapenen, maar ziet af van NAVO-lidmaatschap en staat ook geen stationering van buitenlandse troepen of militaire faciliteiten toe. In ruil daarvoor krijgt het harde veiligheidsgaranties van het Westen. Die veiligheidsgaranties – sterker dan die van het Boedapest Memorandum – zijn nodig om te voorkomen dat Rusland Oekraïne opnieuw zou aanvallen, wat trouwens voor Poetin na zo’n uitputtingsslag moeilijk aan zijn bevolking te verkopen zal zijn.
Rusland kan bij zo’n akkoord uitpakken met het feit dat het voorkomt dat Oekraïne lid wordt van de NAVO, en behoudt de Krim en mogelijks (tijdelijk) de geannexeerde gebieden, afhankelijk van de uitslag van de onderhandelingen. De toekomst van de bezette gebieden moet binnen 15 jaar definitief diplomatiek worden opgelost, waarbij uitdrukkelijk wordt afgezien van militair geweld. Zowel Zelensky als Poetin kunnen dat akkoord of een variatie hierop verkopen aan hun achterban, wiens steun voor de oorlog heden ten dage – na meer dan 500.000 doden en gewonden – stelselmatig slinkt.
Sommigen stellen dat Poetin niet wil onderhandelen. Om te weten of dat klopt, kunnen we het enkel proberen. Dat is nog niet gebeurd. Volgens The New York Times zou Poetin sinds september meermaals achter de schermen hebben laten verstaan dat hij bereid is tot een staakt-het-vuren en tot onderhandelen. Het is Zelensky die vandaag op de rem staat om te onderhandelen, en zelfs een decreet heeft uitgevaardigd dat stelt dat hij zeker niet met Poetin zal onderhandelen.
Het voortzetten van deze oorlog heeft weinig zin. Noch voor Oekraïne, dat de mindere is, en afhankelijk van steun uit het Westen. Die steun is aan het opdrogen, zowel in de VS (Republikeinen) als in Europa (Hongarije, Slovakije, mogelijks ook Nederland). Noch voor Rusland dat veel te laat heeft ingezien dat het niet in staat is om een puppet regime aan de macht te brengen in Kiev, laat staan in staat is om het hele grondgebied te bezetten. Noch voor de rest van de wereld die andere katten te geselen heeft zoals klimaat, inflatie, migratie, nucleaire proliferatie, en het Midden-Oosten.
Je zou dus verwachten dat Europa deze kans tot het stoppen van deze oorlog met twee handen aanneemt. Maar helaas wordt de impasse aangegrepen om nog meer te doen van wat men al bezig is, met name meer en groter wapentuig aan Kiev leveren. Vooral NAVO militairen lijken het moeilijk te hebben met de oproep om de job nu over te laten aan diplomaten. Michel Hofman, de stafchef van het Belgisch leger, deed er onlangs nog een schepje bovenop: als we Oekraïne niet verder ondersteunen en als Rusland wint, dan zullen ook andere landen, inclusief NAVO-lidstaten, door Rusland worden opgepeuzeld. Ook de vertrekkende Nederlandse Commandant landstrijdkrachten Martin Wijnen waarschuwt dat Nederland serieus rekening moet houden met een gewapend conflict met Rusland.
Laten we hier enkele kritische kanttekeningen bij plaatsen: Eén. Rusland is niet eens in staat tot het innemen van Kiev. Het weet zeer goed dat het niet in staat is om het gevecht met de NAVO aan te gaan. Bizar dat NAVO militairen zo weinig geloven in hun eigen organisatie, een alliantie die zijn weerga in de wereldgeschiedenis niet kent: de lidstaten geven jaarlijks 1.200 miljard dollar uit aan defensie, tien maal meer dan Rusland. Twee. Rusland heeft nooit blijk gegeven van een intentie om NAVO-lidstaten aan te vallen en te bezetten.
Wel is het zo dat Rusland niet wenst dat de NAVO te dicht in de buurt komt; vandaar de frozen conflicts in Georgië, Moldavië en binnenkort waarschijnlijk ook Oekraïne. Rusland wenst bufferstaten en een invloedssfeer tegen de oprukkende Amerikaanse inmenging in de regio, wat past in het bordspel tussen grootmachten dat de internationale politiek karakteriseert, iets wat velen onder ons blijkbaar vergeten zijn. Natuurlijk zouden ook wij liever hebben dat grootmachten zich houden aan het internationaal recht. Maar de werkelijkheid is anders, en om dat te veranderen moet je ook zelf het goede voorbeeld geven.
Verschillende politieke actoren aan beide zijden (waaronder Gorbatsjov) hebben na de Koude Oorlog geprobeerd om de Russisch-Westerse relaties op een betere leest te schoeien in de vorm van een collectieve veiligheidsorganisatie. Hardliners binnen de VS hebben dat uitdrukkelijk niet gewild en bleven vasthangen aan de Atlantische Alliantie. Hadden onze beleidsmakers het in het verleden anders aangepakt, was deze oorlog hoogstwaarschijnlijk niet voorgevallen, en hadden we nu geen compromis moeten zoeken met Poetin. Laten we, eens het stof is gaan liggen, ook werken aan betere relaties met Rusland, die automatisch ook Kiev ten goede zullen komen. En laat dit alles ook een les zijn voor de volgende klant die zich aandient, met name China.